Veel
werkgevers ervaren de verplichting om een transitievergoeding te betalen bij
ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid als niet rechtvaardig. Dat
gevoel komt met name door het feit dat de werkgever tijdens de eerste twee
ziektejaren ook al minimaal 70% van het loon moet doorbetalen en daarnaast de
nodige kosten gemaakt dienen te worden voor re-integratie van de
arbeidsongeschikte werknemer.
De
voormalige regering heeft overwogen dat de huidige wetgeving aangepast diende
te worden en koos uiteindelijk voor een wetsvoorstel met een
vergoedingsregeling.
Werkgevers
die werknemers wegens langdurige arbeidsongeschiktheid ontslaan en om die reden
een transitievergoeding verschuldigd zijn, krijgen compensatie voor het betalen
van die vergoeding.
Op donderdag
5 juli 2018 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel aangenomen. De Eerste Kamer
heeft op 10 juli 2018 ingestemd. Wanneer de wet precies in werking treedt is
nog niet duidelijk, maar geldt ook voor ‘oude gevallen’. Op een bij Koninklijk
Besluit te bepalen tijdstip zal de inwerkingtreding worden vastgesteld.
Een
werknemer heeft sinds 1 juli 2015 recht op een transitievergoeding als zijn
arbeidsovereenkomst minimaal twee jaar heeft geduurd en deze op initiatief van
de werkgever wordt beëindigd. Deze vergoeding is bedoeld als compensatie van
het ontslag en om de overgang naar een andere baan te vergemakkelijken. Deze
vergoeding is ook verschuldigd bij een ontslag wegens langdurige
arbeidsongeschiktheid (in het algemeen na twee jaar ziekte).
In de kern
kan een onderneming (werkgever) op twee manieren omgaan met een langdurig zieke
werknemer: het dienstverband voortzetten of tot ontslag overgaan (ervan
uitgaande dat aan alle eisen voor ontslag wordt voldaan). Reeds op dit moment
kan de werkgever inspelen op bovengenoemde verandering die gaat komen.
Met deze wet
is bedoeld om tegemoet te komen aan de zorgen van de werkgevers over zowel de
hoge kosten die zij maken in verband met langdurige arbeidsongeschikte
werknemers als over de transitievergoeding die zij verschuldigd zijn bij
ontslag om bedrijfseconomische redenen. Daartoe wordt een vergoedingsregeling
voor werkgevers van langdurig ongeschikte werknemers voorgesteld. Ook wordt voorgesteld
dat bij ontslag om bedrijfseconomische redenen geen transitievergoeding
verschuldigd is als in een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) of regeling
namens een daartoe bevoegd bestuursorgaan voorzieningen zijn getroffen om
werkloosheid te beperken of voorzien wordt in een redelijke vergoeding.