Bij uitspraak van de Rechtbank Limburg
van 1 april 2021 (ECLI:NL:RBLIM:2021:3110) laat de rechter een ontslag op
staande voet van een werknemer, welke in strijd met een verbod van de werkgever
naar Polen was afgereisd, terwijl voor dat land ‘code oranje’ gold ten aanzien
van het besmettingsrisico van het coronavirus, intact.
Overigens werd het gerechtvaardigde
ontslag, aldus deze rechter, vergaand bepaald door het feit dat de werknemer
diverse keren een officiële waarschuwing van de werkgever had ontvangen. Deze
waarschuwingen zagen overigens op andere incidenten.
In beginsel komt aan de werkgever niet
het recht toe om een werknemer te verbieden naar een ander land af te reizen.
Dat verbod geldt zelfs als de werknemer ziek is, tenzij het reizen zijn herstel
zou hinderen. Een beperking van het recht om naar een ander land te reizen kan
dan eigenlijk ook alleen zijn gebaseerd op de algemene verplichting van een
werknemer om zich als een goed werknemer te gedragen. Daarover zegt de
kantonrechter in bovengenoemde uitspraak echter niets.
Het afreizen naar een code oranje land
was in dit geval dan ook de bekende druppel die de emmer liet overlopen. Niets
meer, maar ook, zo lijkt het, niets minder.
Deze uitspraak is dan ook zeker niet de
uitzondering welke de regel bevestigt.