Hoge woonlasten en de beslagvrije voet Indien loonbeslag wordt gelegd, wordt een zogenaamde beslagvr...
Website     |     Nieuws     |     Contact

Hoge woonlasten en de beslagvrije voet

Telefoon
0313 71 20 20

E-mail
info@advocatenkantoor-dka.nl
Website
www.advocatenkantoor-dka.nl

Hoge woonlasten en de beslagvrije voet

Indien loonbeslag wordt gelegd, wordt een zogenaamde beslagvrije voet berekend. Bij die berekening wordt op dit moment slechts beperkt rekening gehouden met woonlasten. Mensen met relatief hoge woonlasten kunnen daardoor extra in de problemen komen en mogelijk de huur of de verschuldigde hypotheeklasten niet meer betalen.

 

De Rechtbank Midden-Nederland heeft in een kort gedingprocedure op 24 januari jl. op grond van de redelijkheid en de billijkheid rekening gehouden met de daadwerkelijke woonlasten. Zo oordeelt die Rechtbank:

 

“De voorzieningenrechter overweegt als volgt. Het gaat in deze zaak om de toepassing van artikel 475d Rv, dat van dwingend recht is. Dit artikel bepaalt – kort gezegd – dat de beslagvrije voet in beginsel 90% bedraagt van de voor de schuldenaar krachtens de Wet werk en bijstand geldende bijstandsnorm inclusief vakantieaanspraak.

Lid 4 onder b van artikel 475d Rv heeft betrekking op de woonkosten van de schuldenaar en verhoogt de beslagvrije voet met de netto woonlasten van de schuldenaar, maar slechts tot een bepaald maximum. Van deze regeling kan, gelet op het dwingendrechtelijk karakter daarvan, niet worden afgeweken tenzij toepassing naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid tot een onaanvaardbare situatie zou leiden.

 

Gelet op hetgeen [eiseres] over haar financiële situatie naar voren heeft gebracht is naar het oordeel van de voorzieningenrechter voldoende aannemelijk geworden dat zij bij hantering van de huidige beslagvrije voet in een noodsituatie komt te verkeren.

 

Gelet op het voorgaande acht de voorzieningenrechter het redelijk om de beslagvrije voet te verhogen.”

 

De gang naar de rechter maken om de beslagvrije voet verhoogd te krijgen is een enorme drempel (en doet niet iedere ‘vastlopende’ schuldenaar). Daar komt bij dat de uitkomst, nu deze terug te voeren is op een afweging van belangen, niet altijd zeker is en van geval tot geval verschilt. De Wet vereenvoudiging beslagvrije voet, welke naar verwachting per 1 januari volgend jaar ingaat, moet uitkomst bieden. Deze wetswijziging bevat namelijk een speciale regeling voor mensen met (relatief) hoge woonlasten. Bij woonkosten hoger dan € 782,00 kan de beslagvrije voet op grond van die regeling op verzoek voor een periode van zes maanden met het meerdere worden verhoogd. Die periode kan nog eens zes maanden extra worden verlengd onder de voorwaarde dat de vordering van de beslaglegger in die periode kan worden voldaan. Dat het de bedoeling is dat de schuldenaar in die periode ‘orde op zaken stelt’, en desnoods zijn of haar uitgavenpatroon aanpast, is de gedachte van de wetgever geweest. Uit de aangekondigde wetswijziging blijkt dat de wetgever oog heeft voor het probleem dat de huidige berekening van de beslagvrije voet veroorzaakt door onvoldoende rekening te houden met hoge woonlasten. Een te lage beslagvrije voet leidt tot nieuwe schulden. Het bestaansminimum wordt door die nieuwe regeling beter beschermd.