Het coronavirus en het juridische gevolg daarvan op commerciële uitspraken Het coronavirus confront...

Het coronavirus en het juridische gevolg daarvan op commerciële uitspraken

Het coronavirus confronteert ondernemers met zeer grote uitdagingen. Menig ondernemer weet de financiële eindjes niet of nauwelijks meer aan elkaar te knopen. Inmiddels zijn er meerdere corona gerelateerde uitspraken over lopende contracten door de rechter gewezen.

 

De politiek dringt aan op wederzijds begrip. Ga met elkaar in gesprek. Maar wat als dat niet het gewenste resultaat oplevert?

 

In het Nederlandse contractenrecht is de hoofdregel dat afspraken moeten worden nagekomen. Dit betekent vrij vertaald dat contracten niet zomaar zonder reden eenzijdig kunnen worden opgezegd of worden aangepast zonder schadevergoeding te betalen aan de wederpartij.

 

Soms bevat de overeenkomst zelf de mogelijkheid om de overeenkomst te wijzigen of te beëindigen. Is een dergelijke bepaling niet opgenomen, dan dient terug te worden gevallen op de wet. Bijvoorbeeld opschorting, overmacht en onvoorziene omstandigheden beperken in een zeer beperkt aantal geval de grenzen van het recht op nakoming.

 

Het is aannemelijk dat de coronacrisis een overmachtssituatie oplevert als de tekortkomende partij (tijdelijk) haar verplichtingen niet kan nakomen als direct gevolg van overheidsmaatregelen. Als echter het nakomen nog wel mogelijk is, maar alleen lastiger is geworden, zal een beroep op overmacht naar alle waarschijnlijkheid niet slagen.

 

Bijvoorbeeld wanneer de kosten voor de nakoming eenzijdig door de coronacrisis gestegen zijn, en het bedrijfseconomisch eigenlijk niet meer uit kan, zal dit in beginsel niet een risico zijn dat juridisch reden is om de afspraak maar niet na te komen. Mogelijk dat dan echter een beroep op onvoorziene omstandigheden soelaas biedt.

 

Enkel financieel onvermogen is echter in het algemeen geen reden afspraken niet na te komen.

 

Zo bepaalde bijvoorbeeld de Rechtbank in Den Bosch bij uitspraak van 23 maart 2020 (ECLI:NL:RBOBR:2020:1763):

 

“Voor zover gedaagden met hun verweer een beroep hebben willen doen op financieel onvermogen c.q. betalingsonmacht, geldt dat betalingsonmacht, hoe vervelend ook voor gedaagden, in de risicosfeer van gedaagden ligt en hen niet van hun betalingsverplichtingen uit hoofde van de huurovereenkomst jegens eisers ontslaat.”

 

Deze uitspraak maakt duidelijk dat corona niet te snel als gelegenheidsargument kan worden gebruikt.

 

Als u er in onderling overleg met uw contractspartner niet in slaagt om een passende oplossing te bereiken, neem dan vrijblijvend contact met Advocatenkantoor DKA op. Soms kan (enigszins) juridiseren de bereidheid te komen tot een voor alle betrokkenen passende regeling vergroten.