Het aanvragen van een faillissement is niet altijd het ultieme drukmiddel Een faillissement kan door...
Website     |     Nieuws     |     Contact

Het aanvragen van een faillissement is niet altijd het ultieme drukmiddel

Telefoon
0313 71 20 20

E-mail
info@advocatenkantoor-dka.nl
Website
www.advocatenkantoor-dka.nl

Het aanvragen van een faillissement is niet altijd het ultieme drukmiddel

Een faillissement kan door de rechter alleen worden uitgesproken, indien zonder vergaand onderzoek is gebleken dat ten tijde van de aanvraag een vorderingsrecht van de aanvragende schuldeiser bestaat, alsmede van het bestaan van feiten en omstandigheden waaruit volgt dat de schuldenaar verkeert in de toestand van hebben opgehouden te betalen.

Uit uitspraken uit het verleden blijkt echter dat niet elk bestaand vorderingsrecht van een schuldeiser kan dienen als grondslag voor een faillissementsaanvraag. Zo heeft de Rechtbank Den Haag bij uitspraak van 15 august 2017 kenbaar gemaakt dat een schuldeiser het faillissement van een schuldenaar niet kan uitlokken, indien die schuldeiser slechts stelt dat de schuldenaar ten onrechte verbeurde dwangsommen onbetaald laat. De rechtbank verwijst daarbij naar een arrest van de Hoge Raad van alweer 20 september 1996, waarin de Hoge Raad heeft geoordeeld dat het vereiste dat de aanvrager van het faillissement bij de faillietverklaring een redelijk belang heeft, in verband met artikel 611 e Rv meebrengt dat een faillissementsaanvraag niet enkel kan worden gebaseerd op een vordering ter zake van verbeurde dwangsommen. Laatstgenoemd wetsartikel bepaalt namelijk dat dwangsommen die voor de faillietverklaring zijn verbeurd, niet in het passief van het faillissement worden toegelaten. Bij genoemd arrest heeft de Hoge Raad overwogen dat die wetsbepaling niet eraan in de weg staat dat een dergelijke vordering van de aanvrager door hem naast andere vorderingen ten grondslag wordt gelegd aan de stelling dat de schuldenaar in de toestand verkeerd dat hij heeft opgehouden te betalen, maar zich wel verzet als enige grondslag voor een faillissementsaanvraag te worden gebezigd. Overigens kan een dergelijke vordering van het niet betalen van verbeurde dwangsommen wel als zogenaamde steunvordering gelden.

Kort en goed: indien alleen dwangsommen niet betaald worden, dan is de gang naar de faillissementsrechter als aanvragende partij weinig zinvol. Het ligt dan meer voor de hand te bezien in hoeverre niet een andere openstaande schuld gevonden kan worden, om vervolgens die schuldeiser ertoe te bewegen het faillissement aan te vragen. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan het maken van kostenverdelingsafspraken daar waar het het aanvragen van het faillissement van de schuldenaar betreft.