Doen alsof ingestemd wordt met een schuldregeling: hoe het niet moet De Universiteit Twente heeft in...
Website     |     Nieuws     |     Contact

Doen alsof ingestemd wordt met een schuldregeling: hoe het niet moet

Telefoon
0313 71 20 20

E-mail
info@advocatenkantoor-dka.nl
Website
www.advocatenkantoor-dka.nl

Doen alsof ingestemd wordt met een schuldregeling: hoe het niet moet

De Universiteit Twente heeft in 2010 in het kader van een subsidieprogramma geld geleend voor de oprichting en instandhouding c.q. ontwikkeling van een onderneming. De exploitatie van die onderneming kwam echter niet voldoende van de grond. Vanwege financiële problemen heeft de ondernemer zich dan ook gemeld bij een schuldhulpverleningsinstantie.

 

Deze schuldhulpverlener doet namens de ondernemer de Universiteit Twente, net als de andere schuldeisers, een voorstel.

 

De Universiteit Twente wilde echter alleen instemmen met een schuldregeling tegen finale kwijting indien de ondernemer eerst op papier zou verklaren dat na de schuldregeling alsnog het restant zou worden betaald. Door die afspraak trekt een rechter later (terecht) een streep (Rechtbank Overijssel, 30-07-2019 / 7610461/CV EXPL 19-942). Zo oordeelt die rechter:

 

“Vooropgesteld dient te worden dat het doel van een buitengerechtelijke schuldsaneringsregeling is om een schone lei te verkrijgen. Om een schone lei te verkrijgen, is het noodzakelijk dat alle schuldeisers, zonder nadere voorwaarden, instemmen met het aanbod tegen finale kwijting. Nu Universiteit Twente enkel tot ondertekening van het aanbod tegen finale kwijting is overgegaan omdat [gedaagde] een paar dagen eerder een aanvullende overeenkomst heeft ondertekend waarin de finale kwijting werd uitgesloten en het volledig openstaande bedrag opeisbaar bleef, komt de kantonrechter tot de conclusie dat Universiteit Twente in de basis als weigerende schuldeiser aangemerkt had moeten worden. Universiteit Twente was als enige schuldeiser niet bereid de finale kwijting te ondertekenen, omdat zij het geleende bedrag volledig terug wilde ontvangen. Door te handelen zoals zij heeft gedaan, heeft Universiteit Twente de ROZ-groep misleid en bovendien het systeem van de schuldhulpverlening ondermijnd. Op deze wijze wordt Universiteit Twente bevoordeeld ten opzichte van andere schuldeisers en dat is niet het uitgangspunt van de schuldhulpregeling. Daarbij heeft Universiteit Twente geprofiteerd van de dwangpositie waarin [gedaagde] zich bevond.


Op grond van artikel 3:44 lid 1 BW is een rechtshandeling vernietigbaar wanneer zij door misbruik van omstandigheden tot stand is gekomen.”

 

Indien met een schuin oog gekeken wordt naar artikel 345 van het Wetboek van Strafrecht, het artikel dat ziet op toetreding tot een gerechtelijk akkoord met bijzondere voordelen, wekt het oordeel van de rechter ook weinig verbazing. Indien sprake zou zijn geweest van een gerechtelijk traject, en niet van een minnelijke regeling zoals in dit geval, zou het handelen van de Universiteit Twente zelfs strafrechtelijk verwijtbaar zijn geweest.

 

Kort en goed: de bedoeling van een schuldsaneringsregeling is het daadwerkelijk saneren van de schuldenpositie. Daarbij past niet het via de achterdeur proberen te regelen dat alsnog het volle pond betaald wordt.